Jaarstukken 2024

Lokale heffingen

Paginanummer in website: 201

Lokale heffingen

 

Beleid

Inwoners en ondernemers in Rotterdam betalen lokale heffingen. Hiermee dragen zij bij aan het welzijn, de leefbaarheid en voorzieningen in onze stad. Deze lokale heffingen zijn een belangrijk onderdeel van de inkomsten van de gemeente. 

Belastingheffing is een ingrijpende bevoegdheid van overheden in relatie tot de belastingbetalers. Dat vraagt om helderheid over de besteding van het belastinggeld, maar evenzeer om een correcte benadering van de belastingbetaler. Voor de relatie overheid - belastingbetaler gelden de volgende uitgangspunten:

  • Rechtmatigheid
  • Rechtszekerheid
  • Rechtsgelijkheid
  • Doelmatigheid
  • Doeltreffendheid

De Kadernota Lokale Lasten 2022-2026 beschrijft zowel de vertaling van de uitgangspunten uit het coalitieakkoord ‘Eén Stad’, als het Rotterdamse beleid op het gebied van lokale heffingen. De Kadernota geeft antwoord op vragen als: welke lokale lasten worden in Rotterdam geheven, op grond waarvan, wie betalen deze lasten, wat zijn de opbrengsten, en welke beleidsuitgangspunten gelden hierbij. Daarmee stelt de gemeenteraad de kaders voor het door het college te voeren lokale lastenbeleid voor de komende jaren vast. En daarover legt het college periodiek verantwoording af richting raad. Vanwege wijzigingen in wet- en regelgeving en beleid is de kadernota tijdens de begrotingsbehandelingen herzien en opnieuw vastgesteld door de gemeenteraad.
 
Bij de begrotingsbehandelingen van 2025, afgelopen november, heeft de gemeenteraad besloten om de Kadernota op een aantal onderwerpen te herzien. Bijvoorbeeld de wijze waarop de kostendekkenheid wordt berekend en het voornemen dat de gemeenteraad jaarlijks de belastingverordening logiesbelasting cruiseschepen vaststelt. Hiermee is de Kadernota licht gewijzigd. De financiële uitgangspunten zijn niet veranderd. 

 

Inkomsten

De totale opbrengsten uit de heffing van gemeentelijke belastingen in 2024 bedraagt € 822 mln. In onderstaande tabel staat een specificatie van de opbrengsten van de belangrijkste belasting- en heffingssoorten.

In onderstaande tabel staat een specificatie van de opbrengsten van de belangrijkste belasting- en heffingssoorten:

Belangrijkste inkomsten lokale heffingenBijgest. Begroting2024Realisatie2024Afwijking
Onroerende zaakbelasting347.556354.1356.579
Logiesbelasting15.51515.5227
Reclame- en precariobelasting15.33815.786448
Algemene parkeerbelasting156.901153.628-3.273
Leges omgevingsvergunningen19.44416.308-3.137
Rioolheffing107.080106.948-131
Bedrijfsreinigingsrecht5.0995.345246
Afvalstoffenheffing119.098119.039-59

Kostendekkendheid tarieven

Op grond van het Besluit Begroten en Verantwoorden provincies en gemeenten (BBV) stelt de raad de programma’s vast exclusief de overhead. Daarnaast stelt de raad het bedrag aan overhead vast en de wijze van doorbelasting van deze overhead in die gevallen waarin een integrale kostprijs een rol blijft spelen ten aanzien van taken/activiteiten en samenhangende diensten waarvoor de gemeente maximaal kostendekkende tarieven mag hanteren. Het niet maximaal toerekenen van deze overheadkosten zou – ongewenst – een begrotingstekort veroorzaken. Het BBV schrijft geen methode van kostentoerekening voor; wel dat deze methode toegelicht, consistent toegepast en door de raad vastgesteld moet worden. Met het vaststellen van de Kadernota Lokale Lasten door de raad wordt deze methode vastgesteld. Daarmee wordt voor deze collegeperiode vastgesteld welke kostencomponenten aan welke tarieven toegerekend worden en welke niet.

In het BBV wordt bepaald dat uit de begroting moet blijken hoe de tarieven worden berekend en welke (beleids-)keuzes bij de berekening ervan worden gemaakt (artikel I, onderdeel G). Daarom wordt in de paragraaf Lokale Heffingen opgenomen hoe bij de berekening van tarieven voor leges en heffingen bewerkstelligd wordt dat de geraamde baten de ter zake geraamde lasten (inclusief overheadkosten) niet overschrijden en welke uitgangspunten bij de tariefstelling worden gehanteerd. Deze BBV-bepaling geldt overigens alleen voor tarieven waarvoor uitsluitend maximaal kostendekkende tarieven mogen worden geheven (zoals riool- en afvalstoffenheffing, leges publiekszaken, lijkbezorgings-rechten en omgevingsvergunningen) en niet voor algemene belastingen (waaronder OZB, precario- en reclamebelasting, precario standplaatsen, liggeld woonschepen en parkeerregulering en -belastingen).

De kostendekkendheid wordt berekend op basis van de methode die vastgesteld is in de Kadernota Lokale Lasten 2022-2026. De realisatiecijfers over heffingsjaar 2024 worden daarbij afgezet tegen de begrote cijfers uit de primaire begroting 2024 die de gemeenteraad in november 2023 heeft vastgesteld. Deze begrotingscijfers gelden namelijk als onderbouwing van de geraamde kostendekkendheid van de, bij primaire begroting, vastgestelde verordenngen 2024. Per verordening wordt de gerealiseerde kostendekkendheid toegelicht aan de hand van de totaal begrote en totaal gerealiseerde kosten en baten toegeschreven aan de tarieven 2024.

Kostendekkendheid per hoofdstuk

De Algemene legesverordening bestaat uit hoofdstukken die de tarieven van een veelheid van uiteenlopende dienstverlening regelt. Per hoofdstuk bedragen de geraamde kosten, baten en daarmee het kostendekkendheidspercentage als volgt:

Lokale lastendruk

De onroerendezaakbelasting, afvalstofheffing en rioolheffing die de gemeente aan Rotterdammers oplegt, vormen samen de gemeentelijke woonlasten. Voor een beeld van de lokale lastendruk volgt hierna een schets van de recente tarievenontwikkeling in de gemeente. Bedragen zijn in hele euro’s tenzij anders vermeld.

Ontwikkeling woonlasten 2023-2025

In de tabel hieronder is een verdeling van de gemeentelijke woonlasten in Rotterdam voor een meerpersoonshuishouden naar jaar weergeven, uitgesplitst per belastingsoort. Het bedrag dat bij OZB is vermeld, betreft het gemiddelde aanslagbedrag voor koopwoningen. 

Meerpersoonshuishouden 2023 2024 2025
OZB aanslag € 282 € 301 € 304
RIO (basistarief) € 259 € 287 € 302
ASH - meerpersoons € 384 € 437 € 474
Totale woonlasten € 925 € 1.025 € 1.080
Vergelijking G4-niveau
In de tabel hieronder zie je de vergelijking voor een meerpersoonshuishouden voor 2024. De bedragen die bij OZB zijn vermeld, betreffen de aanslagbedragen per gemeente bij een WOZ-waarde van € 441.000 (gemiddelde WOZ-waarde koopwoningen in Rotterdam voor 2024). Merk op: deze vergelijking met G4-gemeenten staat los van het gemiddelde aanslagbedrag in andere gemeenten aangezien de gemiddelde WOZ-waarde per koopwoning per gemeente verschilt. 
Gemeenten Onroerendezaakbelasting Rioolheffing Afvalstoffenheffing Totaal
Utrecht € 372 € 246 € 442 € 1.060
Amsterdam € 204 € 167 € 469 € 840
Rotterdam € 301 € 287 € 437 € 1.025
Den Haag € 240 € 185 € 480 € 901

Kwijtscheldingsbeleid

Voor het heffingsjaar 2024 bedroeg het maximale kwijtscheldingspercentage 76,5% van de aanslag afvalstoffenheffing. 
In 2024 is in ongeveer 33.700 gevallen kwijtschelding verleend, waarvan in circa 24.200 gevallen sprake is van automatische kwijtschelding. Met de automatische kwijtschelding verleent de gemeente Rotterdammers die er recht op hebben direct kwijtschelding.