Begroting 2026

Organisatieontwikkeling

Paginanummer in website: 205

Organisatieontwikkeling

 

Kiezen voor Rotterdam

Kiezen voor Rotterdam is het programma waarmee de gemeente haar organisatie toekomstbestendig maakt én tegelijkertijd €150 miljoen bespaart op de organisatiekosten in de periode 2024–2027. Deze opgave is onderdeel van de bredere organisatieontwikkeling en is vastgelegd in de Voorjaarsnota 2023.

Het programma richt zich op het realiseren van een flexibele, duurzame organisatie die in staat is om stedelijke opgaven te realiseren zonder verdere groei van de formatie. Groei is immers niet altijd het juiste antwoord en financieel niet houdbaar.

De organisatievisie is gericht op:

  • We stellen de leefwereld van de Rotterdammer centraal.
  • Optimale inzet en ontwikkeling van ons talent.
  • We zijn één concern. We werken –intern en extern- integraal samen aan opgaven voor de stad.

Achtergrond

Kiezen voor Rotterdam is uitgewerkt in 4 sporen waarlangs de gemeente werkt aan een kwalitatief betere en goedkopere en dus efficiëntere organisatie.

1. De grootste opgave uit het programma Kiezen voor Rotterdam is een krimp in de bedrijfsvoering. Oftewel: de activiteiten die de primaire processen van de gemeente ondersteunen. Het verantwoordelijk management stuurt strakker op de omvang van de bedrijfsvoering.

2. Goede dienstverlening aan Rotterdammers staat voorop. De organisatie daarvan kan slimmer, beter en efficiënter, zonder de kwaliteit aan te tasten.

3. Strategie, beleid en onderzoek vanuit de één-concerngedachte. De centrale strategische functie van de gemeentelijke organisatie richt zich op een gemeentebrede agenda op basis van het coalitieakkoord en de langetermijndoelen van Rotterdam. De verwachting is dat dit leidt tot een meer gerichte beleidsinzet in alle organisatieonderdelen en focus in gemeentelijke onderzoeken.

4. In 2024 is besloten tot een organisatiemodel met een kleinere concerndirectie. Dat model is toegesneden op de uitvoering van de complexe opgaven waar de gemeente voor staat, én leidt tot een kleinere, efficiëntere organisatie. De concerndirectie legt het accent meer op strategische verantwoordelijkheid. Het operationele aspect verschuift naar de directeuren onder de concerndirectie. Het aantal concerndirecteuren is inmiddels teruggebracht van 6 naar 4.

Verwerking en invulling krimpopgave

Halverwege 2024 zijn besluiten genomen over de vermindering van het aantal formatieplaatsen. Daarna is in de begroting 2025 een krimp verwerkt van 265 fte voor 2025 en een krimp van 519 fte voor 2026. Dit is bij de Eerste herziening van 2025 bijgesteld tot een krimp van 266 fte voor 2025 en een krimp van 522,6 fte voor 2026. In plaats van een besparing op arbeidskosten is daarnaast een aantal materiele besparingen verwerkt:

  • Uitbesteed werk voor onderzoek (€ 0,6 mln in 2025 en structureel € 1,2 mln vanaf 2026). Door een verbeterde centrale regie op een efficiënte inzet van onderzoeksbudgetten is deze besparing te realiseren.
  • Werkplekkosten (structureel € 0,5 mln vanaf 2026). Door Kiezen voor Rotterdam daalt de formatie. Dit maakt dat de gemeente kan besparen op het budget voor werkplekken. Bijvoorbeeld op licentiekosten of aanschaf van ict-middelen.
  • Inkoop (structureel € 1,5 mln vanaf 2026). De verwachting is dat het scherper definiëren van en sturen op het inkoopbeleid effectiever is om de besparingsopgave te realiseren. In plaats van het nog verder terugbrengen van de formatie voor de inkoopketen.
  • Overige apparaatslasten (€ 0,5 mln in 2025, ca. € 2,3 mln tot en met 2028 en hierna structureel € 0,2 mln). Vanaf 2024 is al een versobering afgesproken. Daarnaast daalt de formatie door Kiezen voor Rotterdam. Dit zorgt ervoor dat een besparing op de overige apparaatslasten mogelijk is. Bijvoorbeeld op reiskosten, opleidings- en trainingskosten, kosten voor lunches, bedrijfsuitjes en vergaderlocaties.

Financiële verwerking

Bij de begroting 2025 is de opgave Kiezen voor Rotterdam vanuit het programma Algemene Middelen grotendeels verdeeld over de overige begrotingsprogramma’s, op basis van de verwerkte vermindering van de formatie. Ook is toen de bestemmingsreserve aangevuld tot € 3,1 mln voor programma- en frictiekosten. Bij de Eerste herziening 2025 is deze reserve deels vrijgevallen (50%) door de dekking van de onvermijdelijke knelpunten.

Met de maatregelen behaalt de gemeente de structurele opgave. Deze kon echter nog niet geheel verwerkt worden in de begroting, doordat een deel van de opgave nog niet verwerkt was in fte’s en/of door intern verlies van baten als gevolg van interne doorbelasting van medewerkers. Dit resterende deel (een bedrag bij het programma Algemene Middelen) is verwerkt bij de Eerste herziening 2025. Hiermee is de meerjarige bezuinigingsopgave volledig verdeeld over de clusters in de meerjarenbegroting.

Realisatie opgave

Informatie over de mate van realisatie van de mobiliteitsopgave is te vinden in de Monitor organisatieopgave die is meegeleverd met de Begroting 2026.