Begroting 2026

Verbonden partijen

Paginanummer in website: 221

Verbonden partijen

De paragraaf Verbonden Partijen geeft inzicht in de belangrijkste beleidsvoornemens en ontwikkelingen van rechtspersonen waarin de gemeente Rotterdam een financieel én bestuurlijk belang heeft. Deze rechtspersonen worden ook wel de ‘verbonden partijen’ genoemd. De beleidsvoornemens gaan over gemeentelijke deelname in nieuwe verbonden partijen, over het beheer en over de beëindiging van gemeentelijke deelname in bestaande verbonden partijen door liquidatie, afstoting of verkoop van een verbonden partij. Daarnaast biedt de paragraaf inzicht in de belangrijkste beleidsmatige ontwikkelingen, waaronder die te maken hebben met de borging van het Rotterdamse publieke belang en de belangrijkste risico’s. Tot slot geeft de paragraaf de ontwikkelingen weer van de vermogensposities en de nettoresultaten van alle verbonden partijen, en per beleidsprogramma staat aangegeven welk verbonden partij bijdraagt aan het programma.

 

Opbouw paragraaf Verbonden Partijen

Voor de Begroting 2026 is de paragraaf Verbonden Partijen als volgt opgebouwd, waarbij waar nodig onderscheid gemaakt wordt qua type verbonden partij:

  1. Beleid en kaders; geeft inzicht in de definiëring van verbonden partijen, de kaders vanuit het BBV en de beleidsuitgangspunten ten aanzien van enkele verbonden partijen die prominent voor de Rotterdamse publieke belangen zijn.;
  2. Lijst van verbonden partijen, waar de kwalitatieve en kwantitatieve kerngegevens voor de begroting 2026 per verbonden partijen worden weergegeven.
    Daarna wordt nader ingegaan op de verschillende type verbonden partijen die de gemeente Rotterdam kent.
    1. vennootschappen: overzicht van de nieuwe, te continueren en te beëindigen vennootschappen en de verwachte dividendstromen richting de gemeente Rotterdam;
    2. stichtingen: overzicht van de nieuwe, te continueren en te beëindigen stichtingen;
    3. verenigingen: overzicht van de nieuwe, te continueren en te beëindigen verenigingen;
    4. gemeenschappelijke regelingen: overzicht van de nieuwe, te continueren en te beëindigen gemeenschappelijke regelingen.

 

 

Beleid

Wettelijk kader - BBV

Op grond van het Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten (BBV) is het college van burgemeester en wethouders verplicht om de gemeenteraad inzicht te geven in de relaties met rechtspersonen. Dit biedt de gemeenteraad de mogelijkheid om haar toezichthoudende rol te vervullen. Gemeentelijke deelname aan rechtspersonen is een manier om het publiek belang te dienen of een bepaalde publieke taak uit te voeren.

Als de gemeente zowel een bestuurlijk als een financieel belang heeft bij een bepaalde privaatrechtelijke of publiekrechtelijke rechtspersoon, dan is sprake van een verbonden partij. Daarnaast kan ook het college van burgemeester en wethouders besluiten een publiek of privaatrechtelijke organisatie als verbonden partij aan te merken. Bij privaatrechtelijke personen gaat het om deelnemingen, zoals een vennootschap, en bij publiekrechtelijke personen gaat het bijvoorbeeld om gemeenschappelijke regelingen.

Het BBV (in artikel 1, lid 1c en 1d) specificeert de begrippen bestuurlijk en financieel belang als volgt:

  • bestuurlijk belang: zeggenschap door vertegenwoordiging van de gemeente in het bestuur van een organisatie, bijvoorbeeld in directie, Algemeen Bestuur, Dagelijks Bestuur of Algemene Vergadering van Aandeelhouders. Het kan ook gaan om zeggenschap in de vorm van stemrecht;
  • financieel belang: bij het financiële belang van de gemeente gaat het meestal om een gestort aandelenkapitaal, bijdragen aan bijvoorbeeld een fonds, verstrekte leningen of verleende garanties. De gemeente loopt financieel risico als ze zo’n beschikbaar gesteld bedrag niet terugkrijgt, bijvoorbeeld als de verbonden partij failliet gaat en daardoor niet aan haar verplichtingen kan voldoen. Als het financieel belang uitsluitend bestaat uit een subsidierelatie, dan is die rechtspersoon geen verbonden partij, maar een gesubsidieerde instelling.

De gemeente Rotterdam kent in totaal 37 verbonden partijen medio 2025. Het gaat hierbij om 21 vennootschappen, 4 stichtingen, 3 verenigingen en 9 gemeenschappelijke regelingen. Per type verbonden partij wordt, later in deze paragraaf, nader toegelicht welke relaties worden aangegaan of verbroken.

Het BBV als kader voor de paragraaf

Voor het opstellen van de paragraaf hanteert de gemeente het BBV als kader voor de te presenteren informatie over de verbonden partijen. Conform artikel 15 van het BBV is de gemeente verplicht inzage te bieden in:

1

a. de visie op en de beleidsvoornemens omtrent verbonden partijen;
b. de lijst van verbonden partijen, die wordt onderverdeeld in:

  • verbonden partijen;
  • stichtingen en verenigingen;
  • gemeenschappelijke regelingen;
  • vennootschappen en coöperaties;

2

In de lijst van verbonden partijen wordt tenminste de volgende informatie opgenomen:

a. de wijze waarop de gemeente een belang heeft in de verbonden partij en het publiek belang dat ermee gediend wordt;
b. het belang dat de gemeente in de verbonden partij heeft aan het begin en de verwachte omvang aan het einde van het begrotingsjaar;
c. de verwachte omvang van het eigen vermogen en het vreemd vermogen van de verbonden partij aan het begin en aan het einde van het begrotingsjaar;
d. de verwachte omvang van het financiële resultaat van de verbonden partij in het begrotingsjaar;
e. de eventuele risico’s, van de verbonden partij voor de financiële positie van de provincie onderscheidenlijk gemeente.

 

Lijst van verbonden partijen

Vennootschappen 

Vennootschappen kennen verschillende vormen: een besloten, naamloze of commanditaire vennootschap. Als de gemeente aandelen in een vennootschap heeft, neemt de gemeente op die manier deel in het aandelenkapitaal. Een dergelijk financieel belang met een derde rechtspersoon is pas een verbonden partij als de gemeente tevens een bestuurlijk belang heeft. Dit kan door een vertegenwoordiging in het bestuur of de Algemene Vergadering van Aandeelhouders, het hebben van stemrecht en zo meer.

In de tabel hierboven wordt nadere informatie gegeven voor de vennootschappen waarin de gemeente Rotterdam een aandeelhouderschap kent. De tabel biedt per vennootschap inzicht in de naam, vestigingsplaats, en in de publieke, bestuurlijke en financiële belangen. Conform artikel 15 van het BBV biedt de tabel daarnaast inzicht in de ontwikkeling van de boekwaarden, het eigen en vreemd vermogen en het nettoresultaat.

Hieronder wordt een korte uiteenzetting gegeven over de:

  1. Te continueren gemeentelijke deelname in vennootschappen, inclusief indicatieve dividend raming;
  2. Gemeentelijke deelname in nieuw op te richten vennootschappen of nieuwe deelname in bestaande vennootschappen;
  3. Te beëindigen gemeentelijke deelname in vennootschappen.

Te continueren gemeentelijke deelname in vennootschappen, inclusief indicatieve dividend raming

De gemeente was medio 2025 aandeelhouder in 21 vennootschappen, waarbij de intentie is om haar deelname in 15 vennootschappen te continueren en in 6 vennootschappen te beëindigen (zie de paragraaf over de te beëindigen vennootschappen). 

De vennootschappen Bank Nederlandse Gemeenten Bank NV (BNG Bank), Gemeenschappelijk Bezit Evides BV, Havenbedrijf Rotterdam NV, Stedin Groep NV en de Royal Schiphol Group NV zijn de verbonden partijen die bij een positief nettoresultaat een deel van de winst als dividend uitkeren aan de gemeente als aandeelhouder. Dat deel hangt af van de pay-outratio: de procentueel aan aandeelhouders uitgekeerde winst. Voor 2026 verwacht de gemeente, op basis van voorgaande jaren dat het dividend rondom de €100 mln is, uitgaande dat er gedurende 2026 geen significante gebeurtenissen zijn die het resultaat van de deelnemingen sterk beïnvloeden. 

Te beëindigen gemeentelijke deelname in vennootschappen

De gemeente heeft besloten om de deelname in 6 vennootschappen te beëindigen door als aandeelhouder uit te treden, de verbonden partij te verkopen of te liquideren. Dat zijn: Glazen Maas Exploitatie B.V. & Glazen Maas Infrastructuur B.V., Regionale Ontwikkelingsmaatschappij Drechtsteden Beheer N.V., Regionale Ontwikkelingsmaatschappij Drechtsteden Dordtse Kil III C.V., Erasmus Biomedical Fund B.V. en Stadion Feijenoord N.V.

Relevant om te vermelden is dat de gemeente, bij een beëindiging, afhankelijk is van derden, waaronder de desbetreffende deelneming, debiteuren en crediteuren, of de belastingdienst. In de lijst van verbonden partijen van deze paragraaf is een nadere toelichting opgenomen over de status van de beëindiging van de gemeentelijke deelname in voornoemde verbonden partijen.

Beleidsuitgangspunten en kaders

Beleidsuitgangspunten

De algemene beleidsdoelstelling van verbonden partijen is de behartiging van het publiek belang van de gemeente Rotterdam door een organisatie met een private of publieke rechtsvorm. De gemeente verbindt zich daaraan door bijvoorbeeld kapitaal te storten of zeggenschap te krijgen. Bij verbonden partijen gelden de volgende voorwaarden:

  • de financiële en beleidsmatige risico’s die de gemeente loopt, staan in redelijke verhouding tot het publiek belang;
  • de deelneming is het efficiëntste en effectiefste instrument om het beoogde beleidsdoel te bereiken;
  • het publiek belang en het toezicht daarop is niet al op een andere manier volledig geborgd.

Kaders

Deze voorwaarden zijn afgeleid van bepalingen in het gemeentelijke Beleidskader Verbonden Partijen. Daarnaast is ook de Leidraad Governance opgenomen in het beleidskader. De kern van de leidraad is het gebruik van een gemeente breed relatie-classificatiemodel. In dit model worden organisaties op basis van criteria ingedeeld en wordt per categorie uitgewerkt op welke wijze de invulling van het toezicht vanuit de gemeente concreet vorm krijgt. Daarnaast is uitgewerkt op welke wijze dit instrument behulpzaam kan zijn bij de wijze waarop accounthouders binnen de gemeente Rotterdam invulling geven aan hun toezichthoudende rol. 

Samen met het Burgerlijk Wetboek Boek 2 en de Code Corporate Governance vormen voornoemde bepalingen de belangrijkste richtlijnen voor het beleid ten aanzien van verbonden partijen - zo wordt er in het Beleidskader ingegaan op de relatie tussen & bevoegdheden voor de Raad vis-a-vis de Verbonden Partijen.. De uitvoering van de algemene beleidsdoelstelling is onder te verdelen in:

  • de gemeentelijke deelname in nieuwe verbonden partijen;
  • het beheer en de evaluatie van gemeentelijke deelname in bestaande verbonden partijen;
  • de wijziging en beëindiging van gemeentelijke deelname in bestaande verbonden partijen.

Bij het aangaan van een nieuwe verbonden partij heeft de gemeenteraad op basis van de Gemeentewet het recht om wensen en bedenkingen te uiten. Dit betekent dat het college pas kan besluiten tot het oprichten of participeren in een nieuwe verbonden partij nadat de gemeenteraad in de positie is geweest om haar wensen en bedenkingen te uiten.

Voor het beheer en afstoten bepaalt de Gemeentewet dat in principe het college verantwoordelijk is voor de uitvoering en besluitvorming rondom verbonden partijen en dat de gemeenteraad wordt geïnformeerd. In de praktijk blijkt echter dat wanneer er sprake is van grote belangen voor de gemeente zoals de strategie van het Havenbedrijf de gemeenteraad juist voorafgaand aan de besluitvorming wordt betrokken.

Als het gaat om het beheer van een verbonden partij dan betekent dit dat de gemeente als aandeelhouder van een vennootschap of lid van een vereniging of gemeenschappelijke regeling gedurende het jaar onder andere betrokken is bij het opstellen en vaststellen van begrotingen en jaarrekeningen, de strategie of jaarplan, majeure investeringsbeslissingen en benoemingen van bestuurders, toezichthouders alsmede commissarissen van een verbonden partij. De basis hiervoor zijn vaak de statuten, overeenkomsten of wetgeving afhankelijk van het type verbonden partij.

Daarnaast informeert het college en de gemeenteraad bij een voornemen een verbonden partij te verzelfstandigen. Eenzelfde rol vervult het college bij uittreding en beëindiging van de gemeentelijke deelname of het liquideren van bestaande verbonden partijen.

Koppeling met Coalitieakkoord Rotterdam 2022-2026: Eén Stad

In het Coalitieakkoord staan de beleidsvoornemens om de uitdagingen die Rotterdam kent het hoofd te bieden en van Rotterdam een nog betere stad te maken. Ook de gemeentelijke verbonden partijen spelen hierbij een rol. Zo zijn onder andere het Havenbedrijf, Stedin en het Energietransitiefonds Rotterdam (ETFR), waarvan de gemeente Rotterdam aandeelhouder is, belangrijke partners voor de gemeente in de energietransitie, maar ook in kwesties van arbeidsgelegenheid. Zo wordt er bijvoorbeeld met bedrijven in de Rotterdamse haven samengewerkt aan de om- en bijscholing van mensen met afstand tot de arbeidsmarkt of oudere werkzoekenden. 

Belangrijkste beleidsvoornemens & beleid voor verbonden partijen met "verhoogd risico"

De beleidsvoornemens voor de verbonden partijen worden opgenomen in de paragraaf Verbonden Partijen van de begroting. Aan het einde van het boekjaar legt het college vervolgens verantwoording af over dit gevoerde beleid in de gelijknamige paragraaf van de jaarstukken.

Ook wordt jaarlijks door het college het Beheerverslag Deelnemingen aan de gemeenteraad aangeboden. Doel van het Beheerverslag is om de gemeenteraad van Rotterdam grondiger te informeren over de ontwikkelingen binnen deelnemingenportefeuille en de individuele deelnemingen, gelet op de grote publieke en financiële belangen die zijn gemoeid met deze deelnemingen.

Daarnaast zijn met betrekking tot de verbonden partijen voor 2026 enkele belangrijke beleidsvoornemens en ontwikkelingen te benoemen voor de meest omvangrijke deelnemingen wanneer wordt gekeken naar de impact op de publieke (verduurzaming, energievoorziening, betaalbaarheid en mobiliteit) en financiële (dividend en gestort kapitaal) belangen voor de gemeente.

1. Havenbedrijf

In 2026 werkt het Havenbedrijf Rotterdam (HbR) verder aan de uitvoering van de nieuwe Ondernemingsstrategie 2025-2029 en de nieuwe Havenvisie. De eerste tussentijdse resultaten van de belangrijkste speerpunten en doelstellingen van de strategie worden in de tweede helft van 2026 verwacht.
De industrie in de Rotterdamse haven ondervindt, ondanks gunstige maatregelen zoals de afschaffing van de plastictaks, nog steeds veel hinder van de stikstofproblematiek, netcongestie en hoge energiekosten in vergelijking met omringende landen. De gemeente en HbR blijven met het Rijk in gesprek over oplossingen, aangezien deze industrie cruciaal is voor de strategische autonomie, het verdienvermogen en (hoogwaardige) werkgelegenheid in de regio.


In 2025 werd duidelijk dat geopolitieke spanningen, conflicten in het Midden-Oosten en de oorlog in Oekraïne, evenals mondiale handelstarieven en de spanningen tussen de VS en China, de onzekerheid over goederenstromen vergroten. De gemeente en de Staat worden als aandeelhouder periodiek geïnformeerd over deze ontwikkelingen en de eventuele impact. Vooralsnog voorziet HbR op de langere termijn op totaalniveau nog altijd een opgaande trend in de overslag. 

Tot slot verwacht HbR in 2026 ruim €300 miljoen te investeren in infrastructuur en verdere verduurzaming van de haven, waaronder walstroom, energyhubs, het CO₂-afvangproject Porthos en de verbreding van het Yangtzekanaal op de Maasvlakte 2

2. Stedin

Het oplossen van netcongestie, ofwel de file op het stroomnet, is het belangrijkste thema voor het bedrijf. De financiële randvoorwaarden om de benodigde investeringen te kunnen doen zijn voorlopig ingevuld, maar er zijn ook andere beperkingen. Bijvoorbeeld schaarse beschikbaarheid aan medewerkers die ook opgeleid moeten worden, de beschikbaarheid van materialen en soms zijn de processen rond ruimtelijke ordening en dergelijke heel ingewikkeld. De verzwaring van het elektriciteitsnet is daarmee een proces van jaren. Daarom wordt ook ingezet op intensievere benutting van het bestaande net, bijvoorbeeld in de daluren, zodat het net tijdens de piekuren minder belast hoeft te worden.   

Om de overgang naar schonere energie mogelijk te maken en ruimte te bieden voor het aansluiten van woningen en bedrijven worden miljarden geïnvesteerd in de energienetten. Als aandeelhouder is voor Rotterdam, in het kader van publieke belangen, de overgang naar schonere energie, naast de betaalbaarheid, ook van belang. Rotterdam en de andere aandeelhouders hebben daarom extra eigen vermogen ingebracht en hebben een deel van de winst niet laten uitkeren. Ook zijn nieuwe aandeelhouders toegetreden. Door deze maatregelen is het vermogen met honderden miljoenen versterkt. Tot 2027 is de kapitaalbehoefte van Stedin hiermee voldoende ingevuld. In 2026 wordt bekeken of er daarna nog een kapitaalbehoefte zal zijn, en hoe hoog die dan is. Dit gebeurt mede aan de hand van de nieuwe (tarieven)regulering van de ACM en de verwachtingen die er dan zijn over de nog benodigde investeringen.

3. RET

2026 staat voor RET in het teken om de reizigersgroei verder te ontwikkelen en het realiseren van enkele grote investeringen om deze reizigers ook te accommoderen. Denk hierbij bijvoorbeeld aan de bestelling van circa 40 metrotoestellen die de nieuwe generatie van metro-vervoer zal inluiden in het Rotterdamse netwerk. Bij deze nieuwe toestellen is ook nagedacht over het eventueel (deels) autonoom rijden van de metro; daarmee speelt de RET in op de laatste ontwikkelingen in het OV-landschap.

Daar waar de RET, samen met de MRDH en gemeente Rotterdam, de laatste jaren hard gewerkt heeft om in (financieel) stabiel vaarwater te komen, zijn er vanuit de Rijksoverheid alarmerende geluiden. Er wordt gesproken over substantiële bezuinigingen op het gehele OV, wat een significante impact zou hebben op de RET. Daartoe is de RET, samen met andere vervoerders zoals HTM en GVB, in gesprek met de Rijksoverheid om deze bezuiniging te voorkomen. Vooralsnog is er geen uitsluitsel, behalve dat de voorgestelde structurele bezuiniging niet in 2026 geïmplementeerd wordt.

4. Evides

In de afgelopen jaren is door de droge zomers en verontreiniging van oppervlaktewater duidelijk geworden dat de beschikbaarheid van toegankelijkheid en kwalitatief goed drinkwater niet zonder meer vanzelfsprekend is. Daarom heeft het rijk in januari 2025 het Actieprogramma Beschikbaarheid Drinkwaterbronnen 2023 -2030 gepubliceerd. Bescherming van de waterkwaliteit en het makkelijker maken om drinkwaterbronnen aan te wijzen zijn voor Evides twee belangrijke pijlers uit dit plan. Evides heeft voor de komende jaren een investeringsprogramma opgesteld om er voor te zorgen dat de drinkwatervoorziening op orde is en blijft. Ook duurzaamheid en inclusiviteit blijven beleidsdoelen  van Evides. De organisatie heeft de doelstelling om in 2025 energieneutraal te zijn.

 

 

Stichtingen

Een verbonden partij kan een stichting zijn. Stichtingen waarin de gemeente een bestuurlijk en financieel belang heeft, of waartoe het College expliciet besloten vallen onder de term verbonden partij. Dit geldt alleen als er geen sprake is van een subsidierelatie. Als de gemeente een stichting in overwegende mate subsidie geeft, valt die stichting onder ‘gesubsidieerde instellingen’ en is het geen verbonden partij. Medio 2025 kent de gemeente Rotterdam vier stichtingen die zich classificeren als verbonden partij. Al deze stichtingen worden in 2026 gecontinueerd.    

Gemeentelijke deelname in nieuw op te richten stichtingen of nieuwe gemeentelijke deelname in bestaande stichtingen

Geen.

Te beëindigen gemeentelijke deelname in stichtingen

Geen.

Verenigingen

Ook een (coöperatieve) vereniging kan een verbonden partij zijn. Een coöperatieve vereniging heeft als doel in bepaalde materiële behoeften van de leden te voorzien. In tegenstelling tot een gewone vereniging kan een coöperatieve vereniging de aansprakelijkheid van de leden beperken of helemaal uitsluiten. Zo is de gemeente Rotterdam bijvoorbeeld lid van de vereniging "Wigo4it". Dit is een coöperatie die in dienst van én samen met de 4 grote gemeenten (Amsterdam, Rotterdam, Utrecht en Den Haag)  - integrale ICT-oplossingen ontwikkelt voor het aanvragen en verstrekken van uitkeringen, het begeleiden van mensen naar werk en het aanvragen en verstrekken van zorg. Medio 2025 zijn er 3 (coöperatieve) verenigingen die als verbonden partij gelden bij de gemeente Rotterdam.

Te continueren gemeentelijke deelname in verenigingen

De gemeente continueert haar deelname in de verenigingen Wigo4it, Dimpact en het Social Impact Fonds Rotterdam.

Gemeentelijke deelname in nieuw op te richten verenigingen of nieuwe gemeentelijke deelname in bestaande verenigingen

Geen.

Te beëindigen gemeentelijke deelname in verenigingen

Geen.

Gemeenschappelijke regelingen

De Wet gemeenschappelijke regelingen (WGR) biedt overheden de mogelijkheid een deel van hun bestuurstaken te verplaatsen naar een openbaar lichaam. Dit wordt ‘verlengd lokaal bestuur’ genoemd. Gemeenten kunnen dan een openbaar lichaam instellen. Zo’n openbaar lichaam is een rechtspersoon en kent drie organen: een algemeen bestuur, een dagelijks bestuur en een voorzitter. Dit hoofdstuk gaat alleen in op de gemeenschappelijke regelingen die een ‘verbonden partij’ zijn. Daaronder vallen niet de zogeheten lichte regelingen, omdat in deze regelingen geen sprake is van een bestuurlijk onderdeel. Het zijn samenwerkingsverbanden zonder bestuursorganen.

Te continueren gemeentelijke deelname in gemeenschappelijke regelingen

De gemeente continueert in 2026 haar deelname in negen gemeenschappelijke regelingen. Dit zijn: Metropoolregio Rotterdam - Den Haag, GGD Rotterdam-Rijnmond, Grondbank RZG Zuidplas, DCMR, Jeugdhulp Rijnmond, Nieuw Reijerwaard, Openbaar Lichaam Gezamenlijke Brandweer, Openbaar lichaam Veiligheidsregio Rotterdam Rijnmond en het Recreatieschap Rottemeren.

Gemeentelijke deelname in nieuw op te richten gemeenschappelijke regelingen of nieuwe gemeentelijk deelname in bestaande gemeenschappelijke regelingen

Geen.

Te beëindigen deelname in gemeenschappelijke regelingen

Geen.